Camerata Trajectina – Verliefd op Castelein!

 
De liederen van Matthijs de Castelein gaan over liefde en venijn, over lust en minnepijn. Er is pure hoofse liefde, onverbloemde erotiek, er is bedrog en er is troost.

Zondag 17 november
Lutherse kerk 15.00 uur

€29,-

Categorie:

Beschrijving

All you need is love — het bezingen van de liefde is van alle tijden. Geen groot dichter of zanger die zijn hart niet heeft uitgestort in mijmerend verlangen. In de kunst kunnen we er niet om heen: de liefde is overal en allesomvattend.

Ook in de laatmiddeleeuwse literatuur speelde liefde een grote rol. In de rederijkerskamers werd de literatuur in wedstrijdvorm gegoten. Wie het mooiste gedicht maakt en dat het best voordraagt wint een zilveren beker en een kan wijn. Een van de grootste woordkunstenaars is Matthijs de Castelein. Zijn liederen gaan over liefde en venijn, over lust en minnepijn. Er is pure hoofse liefde, onverbloemde erotiek, er is bedrog en er is troost. Vlaamse weelde op zijn best. Opvallend is hoe tijdloos de emoties zijn die Castelein verwoordt.

Geestdriftig en levendig als altijd zal emeritus hoogleraar Frank Willaert, specialist in middeleeuwse minneliederen, tussen de liederen door gedichten voordragen uit Casteleins hoofdwerk: De Conste van Rhetorijcken.

 

 

Nico’s Zwanenzang 

Na meer dan 35 jaar van grote betrokkenheid bij ons ensemble, heeft Nico van der Meel aangegeven dat het tijd wordt om te stoppen. Het is zijn wens om af te sluiten met een heel dierbaar project. Nico van deed jarenlang studie naar de Diversche Liedekins van Castelein. Het resultaat was voor het eerst te horen in het Festival Oude Muziek 2021 en wij hernemen dit succesprogramma met alle liefde.

Nico over dit programma:

Toen we in 2019 met Camerata Trajectina op zoek waren naar nieuw repertoire, herinnerde ik me ooit twee liedjes van Matthijs de Castelein te hebben gedaan. Als taalcoach Nederlands bij Opera2day had ik ook al eens een lied van hem onder handen gehad, waarin heel expliciet over seks werd gesproken. Mijn fascinatie was geboren; de 31 liedjes van Matthijs de Castelein die zijn overgeleverd, hebben mij niet meer losgelaten.

Ik begon de bronnen te bestuderen, maakte transcripties van enkele melodieën en las artikelen over Casteleins werk en leven. Ik kwam er snel achter dat de unieke vormen van zijn liederen te danken waren aan een heel eigen werkwijze.  Nog regelmatig valt mijn mond open van verbazing over de vormenrijkdom van de melodieën, over Casteleins taalvermogen en over zijn virtuoos hanteren van het rijm. Verbazingwekkend is het ook dat zijn 24 liefdesliederen heel persoonlijk zijn en allemaal woorden geven aan andere perspectieven op de liefde: er is hoop en wanhoop, verdriet en intens geluk, hoofse liefde en roddelarij, er is spijt en boosheid, er is een vrouw die met kind en al in de steek gelaten is, er is een man die door een hoer aan de kant wordt gezet omdat hij geen geld meer heeft, er is ontrouw en onvoorwaardelijke toewijding, er is kuisheid en seks waar met volle teugen van genoten wordt. 

In het Festival Oude Muziek 2021 stond het Casteleinprogramma van Camerata Trajectina maar liefst vier keer op de rol. Tussen de liederen door droeg Frank Willaert op een levendige manier gedichten voor uit De Const van Rhetorijcken. Voor mij was het grootste compliment dat enkele prominente neerlandici na afloop met elkaar stonden te praten en de conclusie trokken dat Castelein een veel betere dichter was dan iemand van hen ooit had vermoed.

Matthijs de Castelein (ca.1485-1550) moet een veelzijdig man zijn geweest. Hij was priester en notaris, maar zijn hart lag bij de rederijkerij. Hij schopte het tot factor (artistiek leider) van twee rederijkerskamers: Pax vobis in Oudenaarde en De Kersauwe in Pamele (tegenwoordig een stadsdeel van Oudenaarde, maar destijds nog een zelfstandige stad). Hoewel zijn productie als dichter bijzonder groot moet zijn geweest, is er maar bitter weinig van zijn werk overgeleverd.
Casteleins hoofdwerk, De Conste van Rhetorijcken, verscheen pas vijf jaar na zijn dood in druk. Het is een handleiding voor het schrijven en voordragen van gedichten en toneelstukken, in de vorm van 239 negenregelige balladen. Tussen deze balladen door geeft hij honderden voorbeelden van allerlei dichtvormen, soms ook bizarre. Dit boek heeft tot ver in de 17de eeuw een grote invloed gehad op de rederijkerscultuur. Er is bijvoorbeeld een exemplaar bewaard gebleven dat in bezit was van Constantijn Huygens.
In 1573/4 verscheen bij de Gentse drukker Manilius een herdruk, met bijgebonden nog enkele toegevoegde werken van Castelein, waaronder de Diversche Liedekins. Manilius had zich naar eigen zeggen veel moeite getroost ze ruim 20 jaar na Casteleins dood bijeen te krijgen en hij had stad en land afgereisd om ze op te tekenen, inclusief de door Castelein zelf gemaakte melodieën. Blijkbaar was het “liedekin boucskin”, waaraan Castelein refereert in een van zijn balladen, verloren gegaan.
Castelein mag dan geestelijke zijn geweest, in zijn liederen wordt de liefde vaker bezongen dan het geloof. Uit het feit dat hij een zoon Abraham had, mogen we afleiden dat hij de liefde ook persoonlijk gekend heeft. In zijn liederen komen allerlei facetten van de liefde aan bod. We komen veel liefdesverdriet tegen, maar ook troost; we zien onmogelijke liefde, bedrog en venijn, maar er is ook onverbloemde erotiek. Opvallend is hoe tijdloos de emoties zijn die Castelein verwoordt.
Bijzonder is dat de liederen vrijwel allemaal een unieke vorm hebben. Dit komt door Casteleins werkwijze. Hij begon niet met een bekende melodie in zijn hoofd, zoals gebuikelijk was, maar met het schrijven van een gedicht als eerste strofe. Daarbij gebruikte hij liefst een gecompliceerde, rederijkerswaardige vorm. Vervolgens maakte hij een melodie op dit gedicht en paste de overige strofen daarop. Dat Casteleins liederen behoorlijk bekend moeten zijn geweest, blijkt uit het feit dat één lied in Het Antwerps Liedboek (1544) en in het Aemstelredams Amoreus Lietboeck (1589) is opgenomen en dat zijn melodieën zijn gebruikt in Veelderhande schriftuerlijcke Liedekens (1552) en Veelderhande gheestelicke Liedekens (1558). Zijn liederen vormen ook de basis voor twee zettingen in Susato’s Musyck boexken.

Programma:
Een keuze uit de Diversche Liedekins en gedichten van Matthijs de Castelein
(samenstelling: Nico van der Meel)

Camerata Trajectina:
Wendy Roobol, sopraan
Nico van der Meel, tenor
Berend Stumphius, bariton
Saskia Coolen, blokfluit en viola da gamba
Constance Allanic, harp en viola da gamba
Cassandra Luckhardt, viola da gamba
Arjen Verhage, luit en citer
m.m.v. Frank Willaert, voordracht
Vertalingen:
Nico van der Meel,
prof.dr. Frank Willaert (Universiteit Antwerpen)
dr. Dieuwke van der Poel (Universiteit Utrecht)

Ga naar de bovenkant